Wet Werk en Zekerheid; scholingsplicht.

Op 1 juli aanstaande treedt het 2e deel van de Wet Werk en Zekerheid in werking. Eind vorig jaar hebben wij u daar al uitgebreid over geïnformeerd. Graag willen wij op dit moment toch nog één specifiek onderwerp onder de aandacht brengen, namelijk scholingsplicht. Dit omdat scholing in het kader van het nieuwe vakbekwaamheidsbouwwerk zeer actueel is.

Als u na 1 juli 2015 op grond van disfunctioneren verzoekt om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met uw medewerker, komt het onderwerp scholing altijd om de hoek kijken. Het disfunctioneren mag immers niet voortkomen uit onvoldoende scholingsinspanningen van uw kant als werkgever. Tevens moet u kunnen aantonen dat u uw medewerker op de hoogte heeft gesteld van zijn of haar tekortkomingen en dat u hem of haar een verbetertraject heeft laten doorlopen dat u periodiek heeft gemonitord en ook heeft geëvalueerd. Kortom; de lat om de arbeidsovereenkomst ontbonden te krijgen ligt voortaan erg hoog. Lukt het u niet over die lat heen te komen dan zal de kantonrechter niet overgaan tot ontbinding. Hij kan immers, in tegenstelling tot het huidige recht, niet langer door middel van de correctiefactor in de kantonrechtersformule de verwijtbaarheid aan de kant van u als werkgever dan wel van de medewerker tot uitdrukking brengen. In het licht van deze ontwikkeling wordt per 1 juli 2015 een wettelijke scholingsplicht geïntroduceerd als uitwerking van het begrip goed werkgeverschap. Scholing en een leven lang leren horen immers bij de moderne arbeidsmarkt. Mensen gaan steeds langer doorwerken en het is daarom cruciaal dat mensen breed en langdurig inzetbaar zijn.

Deze wettelijke scholingsplicht is uitgewerkt in artikel 7:611a BW en heeft de letterlijke tekst; “U moet uw werknemer in staat stellen scholing te volgen die noodzakelijk is voor de uitoefening van zijn of haar functie. Voor zover dat redelijkerwijs van u kan worden verwacht, moet u de werknemer ook in staat stellen scholing te volgen die noodzakelijk is voor het voorzetten van de arbeidsovereenkomst als de functie van de werknemer komt te vervallen of hij niet langer in staat is deze te vervullen”.

Het is daarom erg belangrijk dat in uw personeelsdossiers is vastgelegd en ook aangetoond kan worden dat u uw medewerker in staat heeft gesteld om te studeren en daarmee zijn of haar eigen inzetbaarheid op de arbeidsmarkt vergroot. Belangrijke aspecten zijn hierbij het jaarlijkse functionerings- en beoordelingsgesprek waarin studiedoelen worden gesteld en de voortgang hiervan ook gemonitord wordt.
Indien een ontslagsituatie door disfunctioneren zich dan toch voordoet kunt u aantonen dat u geïnvesteerd heeft in uw medewerker en kunnen deze kosten onder bepaalde voorwaarden zelfs in mindering worden gebracht op de door u te betalen transitievergoeding.

In de webshop van Ophrys vindt u in het onderdeel personeel diverse modellen om een goede invulling te geven aan de cyclus functioneren en beoordelen en het maken van goede afspraken omtrent studie. Vindt u in onze webshop niet de gewenste documenten of heeft u aanvullende vragen neem dan contact op met ons kantoor op telefoonnummer 0492-344988 of via het contactformulier.

Nieuwsoverzicht

Deel dit bericht

Contactgegevens 

| Ophrys | Brugstraat 81 | 5731 HG Mierlo | 0492 344 988 | info@ophrys.nl